donderdag 9 januari 2014

Alles blijft bij het oude




De wereld is duizend passen lang. Als je kwam (maar je komt niet), zou je de hoofdweg moeten verlaten, je herkent de afslag makkelijk, ze hebben de weg daar rechtgetrokken en de oude rijstrook loopt dood in het onkruid, je zou uitstappen en me volgen, duizend passen ver, een wereld ver.
Eerst komt het bord Courtillon 0,1. Samen zouden we gniffelen om de goedbedoelde, bureaucratische rechtlijnigheid die het nodig vindt een afstand van honderd meter aan te kondigen naar een dorp waar je al bent, want het eerste huis staat direct aan de straat, het knipoogt met kleine raampjes naar het verkeer, met spinnenwebben op de kozijnen als de aan elkaar geplakte wimpers van een langslaper. De oude vrouw die hier woont, hoort me niet als ik haar groet, ze praat met niemand, alleen — ‘tok, tok, tok’ en ‘zo, zo, zo’ — met haar kippen, die als schoothondjes achter haar aan lopen. Soms loopt er eentje de straat op en wordt overreden, maar de kippenvrouw — ik heb het al twee keer geobserveerd — toont dan geen enkele emotie, ze pakt alleen een hengselmand, waarvoor ze speciaal naast de deur een haak in de muur heeft geslagen, zo’n lange haak die ze hier anders gebruiken om bloempotten aan op te hangen, en met de mand aan haar arm, alsof ze boodschappen gaat doen, loopt ze doodgemoedereerd de straat op, zonder op het verkeer te letten, ze raapt het dode dier op, stopt het in de mand en brengt het naar binnen. Hopend op een handjevol maïs als op een uitgestrooide zegen trippelen haar kippen, een klein, oudevrouwtjesachtig zwart ras met een wilde bos veren op hun kop, in een opgewonden stoet achter haar aan, tot de vrouw de voordeur achter zich dichtdoet, de sleutel omdraait en verschillende grendels dichtschuift. Drie, vier minuten later komt ze weer naar buiten en hangt de gewassen, nog druipende mand weer aan de haak. Ze praat verder met haar kippen, waarvan er na het ongeluk niet minder zijn (zeg maar niets, ik weet dat dat niet kan kloppen, maar het past bij de wereld hier in het dorp, waar alles altijd bij het oude blijft ), ze praat tegen haar hennen, die in een ongewijzigd aantal rond haar benen scharrelen, alsof ze bang zijn een woord van haar eindeloze monoloog te missen.

 
Aanhef van " De verborgen geschiedenis van Courtillon"
Charles Lewinsky

Geen opmerkingen:

Een reactie posten